In de kerk ontstond met Pinksteren een rode wolk. Een mobiel van rode werken van gemeenteleden. Het rode papier dat, met allerlei andere Pinksterdingen, in de rondgebrachte Pinkstertas zat werd door gemeenteleden omgevormd tot iets waar ze warm van worden, waarvoor ze in vuur en vlam zijn, enthousiast zijn. Waar ze de Geest in zien.
En zo is daar in een zacht evenwicht van de één een lied, van de ander vogels (de Geest die gaat en vliegt en daalt en stijgt). Weer een ander gaf vurige vlammen, of rode harten, of een ondoorgrondelijk cijferblad waarbij het getal 34 een rol speelt in de optelsom van vier blokken. En dan die bewegende spiraal met de in wit geschreven woorden ‘Gezegend is het woord dat gaat als bode van het licht en lichter leven zaait, als zaad dat zich op goedheid richt.’ En alles rood, vuurrood – vanwege het vuur, de liefde, de warmte, de kracht – de Geest.
De mobiel is zo een wiegend evenwicht geworden. En staat voor de gemeente. Wij, mensen, gemeenteleden, kinderen van God – wij horen bij elkaar, verbonden door de rode draad van leven en geloof en liefde. Daarin zijn wij niet dezelfde, maar wel deel van de eenheid die wij vinden in Christus. Mag het in de gemeente soms zoeken en puzzelen zijn hoe het lied van de ene in evenwicht te houden met het woord van de ander, en hoe het hart van liefde samen op te laten vliegen met de vogel van de vrede – het is met Pinksteren gevormd tot een verband. Een grote rode mobiel, bewegend op de wind, als op de Adem van God. (Lees verder na de foto)
Op zoek naar vlammetjes
En in dat verband van gemeente zijn kwamen op deze eerste pinksterdag de kinderen van de oppas en kindernevendienst sinds lange tijd weer live bij elkaar. Na maanden van online contact kon er nu weer echt samen gespeeld en gedeeld worden.
De kinderen (en leiding😉) in de oppas maakten samen een vuur van handen en speelden daarna nog ons eigen kerk memory. De kinderen in de kindernevendienst gingen samen op pad met een tocht in de buurt van de kerk. Op zoek naar verstopte vlammetjes spraken en hoorden ze over het verhaal van Pinksteren, maakten de wind zichtbaar in de grote zeepbellen en gaven de bellen een wens mee, maakten push-ups om zelf warm te blijven, en tekenden op het plein wat Pinksteren voor hun betekent.